Bèta-blokkers bij patiënten met COPD of astma
Bij patiënten met astma of met COPD die een β-blokker (veelal een niet-cardioselectieve β-blokker) kregen, zijn acute bronchospasmen beschreven. Klassiek worden β-blokkers, zeker de niet-cardioselectieve middelen, daarom gecontra-indiceerd bij patiënten met astma of COPD. De laatste jaren worden deze contra-indicaties genuanceerd. COPDZoals in het Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium vermeld, wordt algemeen aanvaard dat COPD een relatieve contra-indicatie is voor het gebruik van β-blokkers. Er is echter meer en meer evidentie dat cardioselectieve β-blokkers (d.w.z. de β 1-selectieve: acebutolol, atenolol, betaxolol, bisoprolol, celiprolol, esmolol, metoprolol, nebivolol) veilig kunnen gebruikt worden bij patiënten met COPD.
De meeste auteurs zijn het erover eens dat cardioselectieve β-blokkers kunnen gebruikt worden bij patiënten met COPD bij wie er om een of andere reden (bv. na myocardinfarct) een indicatie is voor een β-blokker. Wel moet de patiënt bij inname van de eerste dosis geobserveerd worden i.v.m. het mogelijk optreden van bronchospasme. In geval inderdaad bronchospasme optreedt, vinden de auteurs van het editoriaal in de British Medical Journal dat best een anticholinergicum via inhalatie wordt toegediend [n.v.d.r.: de behandeling met de β-blokker kan in principe worden voortgezet]. De gegevens over gebruik van niet-cardioselectieve β-blokkers bij patiënten met COPD zijn beperkter. Ook gezien hun farmacologische eigenschappen blijft grotere voorzichtigheid geboden. AstmaIn het Repertorium staat astma als contra-indicatie vermeld voor β-blokkers, vooral, maar niet uitsluitend, voor de niet-cardioselectieve β-blokkers. Een analyse van gerandomiseerde studies door de Cochrane Collaboration onderzocht het gebruik van cardioselectieve β-blokkers bij astma. Daaruit blijkt dat bij patiënten met mild tot matig ernstig astma een eenmalige dosis van een cardioselectieve β-blokker de eensecondewaarde lichtjes doet dalen, evenwel zonder toename van respiratoire symptomen of daling van het antwoord op β2-mimetica. In studies over 3 tot 28 dagen werd geen daling van de eensecondewaarde gezien, noch een daling van het antwoord op β 2-mimetica; er zijn suggesties dat de cardioselectieve β-blokkers zonder intrinsieke sympathicomimetische activiteit (zoals bisoprolol, metoprolol) het respiratoir antwoord op β2-mimetica zelfs verhogen. Er werden geen gegevens gevonden over patiënten met ernstig astma, of over langdurig gebruik van β-blokkers en de eventuele gevolgen daarvan op de frequentie of ernst van acute astma-exacerbaties. [ Cochrane Database Syst Rev 2002; 4 Art. No.:CD002992 (inhoud geüpdated tot 03/06/07; doi:10.1002/14651858.CD002992); Lancet 2009; 373: 104-5 ] Deze resultaten relativeren enigszins de notie dat er een contra-indicatie is voor cardioselectieve β-blokkers bij mild tot matig ernstig astma. |